Pagina's

9.6.07

Idö



Na een prachtige zeildag, waarbij de aalscholverkolonies de meest opmerkelijke waarneming waren, zoek ik een ankerplekje in de natuurlijke inham van Idö. Volgens de grootschalige kaart staat er net genoeg water. Er liggen er een paar rotsen. Met heel voorzichtig manoeuvreren vind ik een geschikt plekje midden in de baai aan alle kanten beschut tegen wind en vooral golfslag. Het eiland valt in zijn geheel onder de Foundation Archipelago, een soort combinatie van Natuurmonumenten en Marrekrite om het erfgoed van de scheren te beschermen. Idö en het daarboven gelegen Arholma behoren tot de buitenscheren. Vooral Arholma was het eiland waar vandaan schepen de overtocht waagden naar de Ǻland archipel, een brug van eilanden die doorloopt tot de Finse kust.

In de avondzon geniet ik van een pilsje. In een halfopen stukje van de baai, de rest is dichtbebost, staan verspreid zo’n 10 huizen. Mensen staan voor hun huis, om de laatste zonnestralen op te vangen, wat te drinken en te praten. Iemand is het gras aan het maaien. Er wordt een boot te water gelaten. Een bootje vertrekt op topsnelheid. Er blaft een hond. Een paartje pijlstaarteenden scharrelt wat rond op het rotsige stukje midden in de baai. Na een half uur komt de boot terug, vol met nieuwe zomergasten, allemaal met zwemvest, zelfs de teckel. De nieuwkomers worden begroet. Tassen worden op een karretje geladen. Later gaan nog twee mensen even zwemmen en het haar wassen. Ik zie zo een voorstelling van Oerol voor me. Het publiek op een drijvend podium voorzien van verrekijkers. En dan een voorstelling die zich op allerlei plekken voltrekt en waarin het leven in caleidoscopische vorm wordt weergegeven. Ik word uit mijn fantasie gewekt door nog een bootje de baai in komt racen. Het mindert vaart en een man komt naar buiten en vraagt of ik vee gezien heb. Hij is boer en houdt vee op een paar eilanden. Hij komt even kijken of ze er goed bijstaan, maar aangezien hij volgens eigen zeggen, ook lui is kijkt hij alleen even vanaf het water. Of ik niet toevallig uit Delft kom? Nee, uit Zwolle. Uit Delft heeft hij eens een student op zijn bedrijf gehad. Dat ik naar Ǻland ga is een goede zaak, aardige mensen en mooie eilanden, zegt hij en vertrekt weer. Dan is alles in rust gedompeld alleen wat vogelgeluiden accentueren de stilte. Ik hang voor de vorm een ankerlicht op, want de duisternis heb ik hier nog niet kunnen betrappen. Om 12 uur is het nog licht en de keer dat ik om 03.00 uur wakker werd was het ook licht. Of het daartussen donker is geweest kan ik jullie niet vertellen, maar ik neem aan van niet.