Pagina's

6.7.07

Ostholmen en Bullandö
















Met de Finnen die ik hier tegen kom is iets raars. Als je aankomt groeten ze amper en kijken je nauwelijks aan. Maar als je vertrekt worden ze opeens spraakzaam en willen ze graag weten waar je naar toe gaat. Dat is mij al een paar keer overkomen en ook nu weer bij het vertrek van Fejan. Het kan bescheidenheid zijn, een introverte instelling of een vorm van de kat-uit-de-boom-kijken. Ik ben er nog niet achter.

Met een prettige oostenwind vaar ik zuidwaarts via Adskärsfjärden, Kudoxafjärden en Kobbfjärden op weg naar Möja. Het eiland heeft drie havens. De eerste valt af vanwege de onbeschermde ligging bij oostenwind. In de andere twee lukt het niet om een ligplaats te vinden. Het is hoogseizoen en hoe dichter je bij Stockholm komt hoe drukker het wordt.

Wat nu? Ik zie een zeilboot aan de overkant tussen de rotsen verdwijnen en ik besluit er achter aan te gaan. Behoedzaam vaar ik een gebied binnen waarvan ik geen detailkaart heb en hou de dieptemeter angstvallig in de gaten. De zeilboot zie ik niet meer hoewel ik ver naar voren kan kijken. Maar even later opent zich links een baaitje waar heel veel zeilboten liggen. Na goed rond te hebben gekeken vraag ik of een van twee vrije plekken diep genoeg is. Het antwoord is, “Nee, je kunt beter aan de andere kant van ons afmeren, alleen de rots is wel wat steil”. Ik gooi achter het anker uit en voor wordt ik opgevangen door de man die ik aansprak. De voorlijnen zijn veel te kort en muurankers om in rotsspleten te slaan heb ik ook niet maar door de lijnen te verlengen kan ik op twee plaatsen aan een boom vastmaken. Ik ben op Ostholmen een eilandje in de Möja archipel. Het eiland is beschermd natuurgebied heeft op twee plaatsen een primitief toilet, zoals vroeger bij mijn oma, en een sauna, die had mijn oma nog niet. De sfeer met al die vakantievierende Zweden is heel plezierig. Het eiland is in driekwartier helemaal verkend. De buurman aan de andere kant , een jonge vent met gezin, laat mij op de kaart zien waar het allemaal goed toeven is. Hij komt regelmatig in Amsterdam als “boardmember” van een multinational.

Later op de avond heb een praatje met de andere buren. Ik ben wel benieuwd hoe dat werkt met zo’n vrij toegankelijke sauna. Je moet inschrijven op een lijst en dan kun je 1 uur sauneren. Zet je een X achter je naam dan wil dat zeggen dat je geen anderen in de sauna toelaat. Het stoken is een kwestie van op een knop drukken en dan brandt de kachel 1 uur. Alleen de eerste moet een uur van te voren de sauna opstarten. Het kost niets maar een vrijwillige bijdrage wordt op prijs gesteld.

Voor veel Zweden is het liggen aan zo’n eiland op en top vakantie. s’Avonds barbecuen en een glaasje bier of wijn drinken. Overdag naar de sauna en even zwemmen in zee. Een tochtje maken met de rubberboot of wat vissen. De accu wordt geladen met een zonnepaneel en er komt zelfs een boot langs die allerlei gekoelde levensmiddelen verkoopt.

’s Nachts regent het behoorlijk maar ’s ochtends is het droog. De rots is spekglad geworden. Ondanks dat ik daar rekening mee houd, ga ik onderuit en glijd bijna het water in. Door me aan andere meertouwen vast te houden slaag ik erin om de meertouwen los te maken en weer heelhuids aan boord te komen. Op alleen de fok zeil ik een mijltje of 10 verder naar Bullandö. Een gigantische haven waar de een na de andere wedstrijdboot binnen komt varen. De hekboei is er niet maar wel een lijn die bij de steiger begint en vastzit aan het gewicht wat normaal de hekboei op zijn plaats houdt. Dit had ik nog niet eerder gezien. Als alleengaande is het ook heel onhandig. Maar met hulp van de havenmeester lig ik echter al snel voor steiger die zich pal voor het terras van het restaurant bevindt.

Eenmaal buiten de poort van deze kunstmatige wereld ben je gelijk op het platteland van Värmdölandet. Er staat een mooie reebok te grazen. Ik speel het spelletje Anna Maria Koekkoek met hem. Kijkt hij even niet dan kom ik zachtjes wat dichterbij en kijkt hij op dan sta ik doodstil. Als ik redelijk dichtbij ben kan ik hem fotograferen. Er zijn nog meer reeën want achter mij steekt een hinde de weg over. En even verder, bij een van de prachtige houten zomerhuizen, staat er een in de tuin.

Bij terugkeer speelt er een band op het terras vlak voor de punt van de boot. Bas, gitaar / banjo en klarinet en er wordt met enthousiasme gezongen. Gewoon beschaafde, gezellige muziek. Ik geniet vanuit de kuip met een glas witte wijn totdat het begint te regenen.