Pagina's

1.8.07

Dragør



’s Ochtends gaan wij, bevrijdt uit onze ingesloten positie, op weg naar Ishøj. Er is een windwaarschuwing voor de Sont, maar voorlopig waait het nog niet hard zodat wij het volle tuig hijsen. Niet lang daarna moeten wij al een rif steken omdat de wind snel aanwakkert. Even voorbij Dragør wordt de lucht inktzwart en een gordijn van regen schuift naar ons toe. Wij keren om, strijken de zeilen en varen de oude haven van Dragør binnen. Het is een aardig plaatsje met een overvloed aan stokrozen. Er moet nog sporen te vinden zijn van de Nederlanders die zich in de 16e eeuw op het schiereiland Amager vestigden op verzoek van de Deens koning. Zij moesten zorgen voor verse groent en fruit voor het hof. Maar iets anders dan de Jan Timmangatan hebben wij niet gezien. In het Dragørmuseum is vast meer te vinden.